In de loop der jaren zijn diverse specifieke (hebbe)dingetjes op de markt gekomen die bij deelname aan een triathlon handig zijn of soms zelfs tijdwinst op kunnen leveren. Hieronder de belangrijkste op een rij:
- Wetsuit. Een neopreen zwempak, dat de zwemmer beschermt tegen de kou van het (buiten)water. Daarnaast geeft een wetsuit, met name voor de technisch minder goede zwemmers, enig tijdvoordeel omdat het zorgt voor een beter drijfvermogen, waardoor je ligging in het water verbetert. Kosten vanaf 400 gulden.
- Elastische nummerband. Om ervoor te zorgen dat je met 1 startnummer toe kan. Je bevestigt het startnummer aan de band. Tijdens het fietsen hangt het nummer op de rug, en bij aanvang van het lopen trek je simpel het startnummer naar de voorkant. Klaar.
- Snelsluiters. Handig om de veters van je loopschoenen niet meer te hoeven strikken. Scheelt al gauw weer een paar seconden.
- Pedaaladapters. Voor fietsen met clipless pedalen (Look / SPD etc) zijn er speciale adapters verkrijgbaar waardoor je met je loopschoenen kaunt fietsen. In wezen is het de “toe-clip” revisited, maar met dat verschil dat de bodemplaat de volledige voetzooel ondersteunt, zodat je veel minder snel ‘dode voeten’ krijgt
- Snelle wielen. Het ‘normale’ fietswiel telt 36 spaken. Er zijn diverse modellen wielen en velgen die snelheidswinst opleveren, zoals de kunststof drie- vier- of vijfspaaks wielen (zien er zeer fancy uit), of de wat ‘gewoner’ achttienspaaks wielen met hoge velgen.
- Ligstuur. Een ligstuur zorgt voor tijdwinst door verbeterde aerodynamica en ontspannener houding. In sommige ligsturen kan een speciaal drinksysteem worden opgehangen, zodat je liggend uit je bidon kunt lurken. Het wachten is op de ligstuur-PC.
- Triathlon-zadelpen. Brengt je zadel wat meer naar voren ten opzichte van je bracket (trapas). Hierdoor kan je ligstuur weer iets lager (betere aerodynamica), maar ook schijnt het bepaalde spiergroepen iets meer te ontzien, zodat je minder last hebt van de overgang fietsen – lopen.