Mountainbiken (ATB-en) bij RTC

Rijtechnieken

• Staat er een obstakel in de weg of is er een diepe kuil, roep dan even zodat je achtervolger hier rekening mee kan houden.
• Let op bij gladde bruggen. Snij deze recht aan, rij er recht overheen en rem niet. Ga pas weer sturen en/of remmen als je de brug helemaal af bent. Dus ook het achterwiel.
• Ga bij afdalingen achter op het zadel zitten of zelfs achter je zadel hangen. Verdeel bij steile klimmetjes goed je gewicht over voor- en achterwiel anders komt het voorwiel snel van de grond.
• Probeer goed in te schatten in welke versnelling je een helling op of door zwaar terrein wilt gaan. Het is namelijk niet verstandig om te schakelen als je veel kracht zet.
• Moet je toch schakelen doe dit dan voor en niet achter. De kans op beschadiging van ketting en/of derailleur is dan veel kleiner.
• Soms blijft je ketting ‘plakken’ aan je voorblad. Als dit voor de eerste keer gebeurt dan is dat een vreemde gewaarwording. Dit heet ‘chainsuck’ en komt regelmatig voor bij nieuw materiaal. Ketting en tandwiel zijn dan nog niet goed op elkaar ingesleten en blijft dan hangen op een braampje of iets dergelijks.

Wat voor een mountainbike heb je nodig?
Kort en krachtig: eentje die “hufterproof” is.
Als je voor het eerst gaat mountainbiken kun je het beste kiezen voor een gebruikte fiets. Ga er dan van uit dat ketting en tandwielen binnen korte tijd vervangen moeten worden. Rijd deze gewoon eerst op en vervang ze dan. Let er wel op of er geen speling op wiel- en trapassen of op het balhoofd zit en of de wielen geen uitgeholde velgen hebben.

Gripshift of ‘gewone’ shifters?
Bij gripshift zit het schakelmechanisme in het handvat ingebouwd en schakel je met de handpalm. ‘Gewone’ shifters bedien je met duim en vingers. Het laatste type schakelt veel directer en je hebt minder last dat de versnelling onbedoeld versteld wordt.

Vering of niet?
Sommigen vinden voorvering prettig, anderen niet. Door met een vaste voorvork te fietsen heb je meer kans op last van je polsen. Zorg dat je de vering goed onderhoudt en laat geen water staan onder de beschermrubbers.

Welke banden voor welke ondergrond?
Gebruik op het strand altijd (semi-)slicks. Voor de trainingen bij RTC zijn noppenbanden aan te bevelen daar we veel met drassige en gladde ondergrond te maken hebben, voldoende grip is dan heel belangrijk.

Wat voor remmen zijn aan te bevelen?
Globaal zijn er vier soorten remmen te onderscheiden: cantilever, V-brakes, hydraulisch en schijf. Laat je goed informeren over de voor- en nadelen van deze remmen voor je een keuze maakt.

Welke (onderdelen) groepen zijn er?
In volgorde van hoog naar laag in prijs, kwaliteit en professionaliteit heeft Shimano de volgende groepen: XTR, Deore XT, Deore LX en Deore. Lagere groepen kun je beter niet gebruiken in het veld.

Onderhouden van je fiets

• Na een stevige rit over onverharde paden blijft er vuil op je fiets achter, spuit dit af met water. Daarna goed laten drogen, het liefst bij kamertemperatuur, om roestvorming van stalen onderdelen te voorkomen.
• Na het drogen alle bewegende delen goed in spuiten met teflonspray. Let hierbij vooral op de ketting, het rem- en schakelmechanisme en de trappers.
• Voel regelmatig aan het balhoofd, de wielassen en trapas of er speling in zit en zorg ervoor dat deze onderdelen allemaal soepel draaien.
• Check regelmatig hoe ver de remblokken versleten zijn en of deze nog wel goed op de velg zijn afgesteld.
• Check, bij een verende voorvork, regelmatig of er geen water blijft staan onder de beschermrubbers.
• Zorg dat de geleidewieltjes van de achterderailleur en achtertandwielen soepel draaien
• Haal één keer per jaar je hele fiets uit elkaar, maak alles schoon en vet alles in, of ga voor een grote beurt naar de specialist

Pech onderweg
Zorg er altijd voor dat je spullen bij je hebt om kleine reparaties zelf uit te kunnen voeren:

• Reserve (binnen)band, bandenlichters, een goede fietspomp en eventueel plakspullen. Een kettingpons met extra kettingschakel. Inbussleutels en schroevendraaiers.
• Ook handig is een mobiele telefoon.
• Berg je spullen op in een tasje onder je zadel of in een bidon in de bidonhouder.

Kleding en schoeisel
Kleed je naar de weersomstandigheden. Niet te warm en niet te koud. Natuurlijk is dit voor iedereen anders:

• Fietsbroek
• Thermo-shirt (zweethemd)
• Warme vochtdoorlatende laag
• Wind- en waterdichte, ademende laag
• Handschoenen
• Bij erge kou: een hoofdband
• Een helm (altijd verplicht!)
• Gewone sportschoenen met toe clips of speciale fietsschoenen met SPD systeem
• Evt. overschoenen, handig bij nat en koud weer. Je voeten blijven droog en warm

Eten en drinken

• • Neem wat repen en/of een banaan mee
  • Vergeet ook niet een bidon met drinken mee te nemen
  • Neem tenslotte voor de zekerheid ook wat geld mee voor het geval dat de meegenomen voorraad niet toereikend is

Gedragsregels
Wees je ervan bewust dat het merendeel van de routes door omringende recreatiegebieden en parken gaan. Daar er geen aparte mountainbike-paden zijn aangelegd, maken we meestal gebruik van bestaande paarden-, voet- en fietspaden. Hierdoor komen we veelvuldig mede-recreanten tegen waar we rekening mee moeten houden. Houdt de volgende regels in acht, dan beperk je de overlast tot een minimum:

• Houd je aan de verkeersregels
• Rem rustig af wanneer er wandelaars naderen
• Groet vriendelijk en passeer rustig
• Rij in kleine groepjes
• Rem rustig om de ondergrond op zijn plaats te houden
• Houd je fiets te allen tijde onder controle in afdalingen en bochten
• Pas je snelheid aan de omgeving aan
• Laat geen afval achter
• Download hier het RTC protocol fietstraining